Artikel uit Utrechts Nieuwsblad van 16-02-2001

Vloet heeft ook lak aan de rechter

Door Nils de Kruijff



UTRECHT  Sinds de 66-jarige huisbaas W.G. Vloet rond de jaarwisseling zijn intrek heeft genomen in het pand aan de Wittevrouwensingel in Utrecht, is het leven er voor de vier huursters onhoudbaar geworden. Aanvaringen zijn er aan de orde van de dag met als dieptepunt de molestatie door Vloet van een 22-jarige bewoonster op 5 februari. Vloet sloeg en schopte de studente en probeerde haar het trapgat in te gooien.

Via een kort geding eisten de vier vrouwen vrijdag dat Vloet vertrekt. Verder willen zij voortaan zelf kunnen uitmaken wie er in het huis komt wonen. De gemolesteerde bewoonster eist bovendien een schadevergoeding van 2500 gulden.

Het is niet de eerste keer dat Vloet voor de rechter staat voor aanvaringen met huurders. Eerder waren er al problemen met huurders in de Griftstraat, de Jan van Scorelstraat en de Nieuwe Koekoekstraat en hetzelfde pand aan de Wittevrouwensingel. Vloet, die directeur is van Bergerac Beheer, bezit tientallen panden en enkele horeca-etablissementen. Maar steeds kiest hij ervoor zijn intrek te nemen bij de huurders in één van zijn panden. Vaak leidt dat tot problemen.

Vloet maakt een ontspannen en montere indruk als hij kort voor de zitting zijn bontmutsje afzet en de drukke publieke tribune bekijkt, waar familieleden en vrienden van de vier studentes hebben plaatsgenomen "Leuk, veel bekenden. Ah, Jan de Neuker is ook gekomen, zie ik." Wanneer advocaat M.H.J Langerak van de vier bewoonsters zijn pleitnota voorleest, schudt Vloet geregeld het hoofd en zo nu en dan schiet hij hard in de lach.

De problemen beginnen als Vloet rond de jaarwisseling in het pand aan de Wittevrouwensingel komt wonen. Vloet sluit het ketelhok van de verwarming af waardoor de bewoners soms dagen in de kou zitten. De sleutel van de kledingkast van één van de bewoners verdwijnt, evenals de post en een dartbord. Nadat de bewoonsters Vloet erop aanspreken, ligt de post opeens weer op de mat. Het dartbord staat bij Vloet in de kamer. "Ze konden er niets van. Er zaten allemaal gaten in de muur", zegt hij tegen de rechter.

Op 5 februari escaleert het in het studentenhuis. Bewoonster C.H. Lenselink treft etenswaren van Vloet in haar koelkast aan. Ze haalt ze eruit en gaat naar Vloets kamer om hem te zeggen dat ze dat niet wil. Vloet reageert furieus. Hij slaat en schopt haar en probeert de vrouw vervolgens het trapgat in te duwen. Doordat de bewoonster zich op de grond laat zakken kan zij dat voorkomen. Nadat andere bewoners op het geschreeuw afkomen, stopt Vloet zijn molestatie.

Lenselink doet aangifte bij de politie. Ze heeft blauwe plekken en kneuzingen opgelopen. De bewoonsters zijn bang voor Vloet en wonen tijdelijk bij vrienden. Wanneer twee bewoonsters vorige week, met politiebegeleiding de post willen halen op de Wittevrouwensingel blijkt Vloet de voordeur van hun woning te hebben vergrendeld. Met hulp van de slotenmaker komen ze binnen.

Een dag later gaat het weer mis als de twee bewoonsters in gezelschap van hun vriendjes het huis willen betreden. Vloet scheldt de dames uit voor dellen en sletten en bindt in als hij de jongens ziet. De politie komt erbij om met Vloet te praten. De bewoonsters slapen sindsdien niet meer in het huis.

Vloet veegt alle aantijgingen in de rechtszaal van tafel. "Flauw van die advocaat om die oude zaken aan te halen. Ik heb een keer een kort geding tegen me gehad in 25 jaar. Voor iemand met 45 kamers en ettelijke horecapanden is dat een heel behoorlijke score. Meestal gaat het goed, maar soms zitten er rotwijven bij, gefrustreerde vrouwen. En ik ben nu eenmaal van een andere generatie. Ik wil niet dat ze met een stoet van die vieze jongens binnenkomen. Het is soms net een bordeel."

Nadat Vloet de onpartijdigheid van de rechter in twijfel trekt, geeft hij zijn betoog een opmerkelijke wending. "Ik heb dit pand voor twee ton verbouwd. Het is een prachtig pand. Vloet zal altijd wel een dak boven zijn hoofd hebben. Maar laten we toch proberen in verdraagzaamheid verder te gaan met elkaar."

Dan staat Vloet ver voor afloop van de zitting op. "Kan ik gaan. Ik heb hier toch geen zak aan. Iedereen is tegen me. Ik heb nog zat te doen. Ik heb ook panden in Hilversum en Almere waar ik me moet laten zien." Een verbaasde rechter en tientallen toeschouwers zien Vloet boos wegbenen. De rechtbank doet dinsdag uitspraak.



TERUG